baas in eigen huis?

0
2543

‘Dat is nu eenmaal mijn lot’, zeggen we wanneer we de eigen verantwoordelijkheid voor het een of ander niet op ons willen nemen.

Verantwoordelijkheid kunnen we aanvaarden voor die dingen waartoe we zelf het initiatief hebben genomen, die dingen die we onder controle hebben. Voor datgene wat we niet onder controle hebben willen we niet verantwoordelijk zijn. dat noemen we ‘ons lot’. Normaliter zullen dus lot en verantwoordelijkheid elkaar uitsluiten. Maar niet altijd.

Stel dat je bejaarde, zieke ouders hebt die zich niet zelf kunnen redden. Dat is nu eenmaal je lot: je hebt je ouders niet uitgekozen, hun leeftijd en gezondheidstoestand heb je niet onder controle. Maar tegelijkertijd houdt het een verantwoordelijkheid in, je krijgt een taak opgelegd waarje niet onderuit kunt zonder je terecht schuldig te voelen. Je bejaarde ouders vormen zowel je lot als je verantwoordelijkheid. Hetzelfde zal bijvoorbeeld het geval zijn met een gehandicapt kind. Dat is voor zijn ouders een lot en een verantwoordelijkheid.

Maar er is een voorbeeld dat nog meer voor de hand ligt en dat ons allemaal aangaat. Daar draait het in dit verband om. Het grootste geschenk dat een mens kan ontvangen is ons allemaal gegeven, namelijk het leven. En dit op zichzelf simpele felt, dat wij bestaan, dat we er zijn – dat is zowel ons lot als onze verantwoordelijkheid. Niemand heeft ons iets gevraagd toen we werden verwekt of toen we geboren werden. Maar dat wil niet zeggen dat we ons aan de verantwoordelijkheid voor ons leven kunnen onttrekken. Als we dat doen is dat een ontkenning van onze menselijke waardigheid. Zelfs het geschenk van het leven heeft dus twee gezichten: het is ons lot en onze verantwoordelijkheid.

Maar nog steeds is het belangrijkste niet genoemd. Dat geschenk heeft volgens de bijbel een afzender, een gever. Wanneer onze ogen daarvoor geopend worden beseffen we pas goed de verantwoordelijkheid die dat geschenk met zich meebrengt. God heeft ons niet zomaar geschapen; Hij heeft een bedoeling met ons leven, Hij heeft er zelfs een plan voor:

‘Uw ogen zagen mijn vormeloos begin; in Uw boek waren zij alle opgeschreven, de dagen die geformeerd zouden worden, toen nog geen daarvan bestond’ (Psalm 139:16).

We hebben een Schepper die bepaalde dingen met ons voorheeft!

Eigenlijk is dat een nogal onaangename gedachte. Het betekent, kort gezegd, dat we geen baas zijn in eigen huis, we kunnen met ons leven niet doen wat we willen. Maar dat is nu juist wat we zouden wensen, en we willen ook graag geloven dat we het kunnen. Nu gaat de Bijbel daarin een heel eind met ons mee: God heeft ons niet als automaten geschapen. We zijn geen marionetten in Zijn hand. We hebben de mogelijkheid om nee te zeggen tegen datgene wat Hij met ons voor heeft, we hebben de mogelijkheid om onze plaats in Zijn grote plan leeg te laten.

Dat is de unieke verantwoordelijkheid die ons van de dieren onderscheidt. Maar het is een verantwoordelijkheid waaraan we niet kunnen ontkomen, en die vroeger of later ons noodlot kan worden – in ieder geval op het ogenblik dat we voor de rechterstoel van de Schepper zullen staan en rekenschap zullen moeten afleggen over ons leven.

‘En zoals het de mensen beschikt is, eenmaal te sterven, en daarna het oordeel… ‘ (Hebreeën 9:27).

De Schepper heeft ons het leven gegeven, en Hij zal ons eens vragen of we het volgens Zijn bedoelingen hebben gebruikt of niet. Alleen al de mogelijkheid dat er een dergelijke Schepper bestaat zou ons aan het denken moeten zetten. We zouden het belangrijker moeten vinden om met Hem in kontakt te komen en erachter te komen wat Zijn wil met ons is, dan goede examens af te leggen en goede getuigschriften en posities te verwerven.

Te leven alsof God niet bestaat, dat noemt de Bijbel dwaas. Zonder meer dwaas (Psalm 14:1).

Dat de Schepper ons heeft geschapen, geschapen met een speciale bedoeling, dat is ons lot en tegelijk een verantwoordelijkheid, waaraan we ons niet kunnen onttrekken. Eigenlijk kunnen we niet kiezen of we met Hem te maken willen hebben of niet. Hij wil met ons te maken hebben, daar gaat het om; en het ligt niet in onze macht om iets anders te kiezen. Hij is onze Heer, en wij hebben de keus tussen gehoorzaamheid en ongehoorzaamheld.

Ja, dat is feitelijk de enige keuze die we hebben. Maar met die keuze is het merkwaardig gesteld.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in