Ontwerp vereist overduidelijk een ontwerper. Voor een christen is het ontwerp zoals we dat om ons heen zien volledig in overeenstemming met de Bijbel: ‘In het begin schiep God de hemelen en de aarde…’ (Gen 1:1) en: ‘want in Hem is geschapen al wat in de hemelen en op de aarde is, de zichtbare en de onzichtbare dingen, tronen, heerschappijen, overheden en machten; alles is door Hem en tot Hem geschapen’ (Col 1:16).
Hoewel evolutionisten, zoals Dawkins, het ontwerp in levende dingen erkennen, verwerpen ze elk idee van een Ontwerper/God. Dawkins zegt van Paley:
‘Paley’s argument is gemaakt met gepassioneerde oprechtheid gebaseerd op de best mogelijke biologische kennis van zijn dagen. Maar het is fout, volslagen fout. De analogie tussen telescoop en oog, tussen horloge en een levend organisme is onjuist.’ .’7
Waarom? Omdat Dawkins het ontwerp toekent aan wat hij noemt ‘de blinde kracht van de fysica’ en natuurlijke selectie. Hij schrijft:
‘In tegenstelling tot hoe het lijkt te zijn, is de enige horlogemaker in de natuur de blinde kracht van de fysica, hoewel op een heel speciale manier toegepast. Een echte horlogemaker heeft een vooruitziende blik, hij ontwikkelt zijn tandwielen en veertjes en plant hun interactie, met de toekomstige functie voor ogen.’
‘Natuurlijke selectie, het blinde, onbewuste en automatische proces wat Darwin ontdekte en waarvan we nu weten dat het de verklaring is voor het bestaan en de schijnbaar doelgerichte vorm van alle leven, heeft geen doel in gedachten. Het heeft geen gedachten en geen oog voor gedachten. Het maakt geen plannen voor de toekomst. Het heeft geen visie, geen inzicht, in het geheel geen zicht. Als er van gezegd kan worden dat het de rol heeft van horlogemaker in de natuur, dan is het een blinde horlogemaker.’8
Dawkins geeft echter wel toe dat:
‘hoe meer onmogelijk, statistisch gezien, iets is, hoe minder we kunnen geloven dat het zomaar door toeval is gebeurd.,. Oppervlakkig gezien is het alternatief natuurlijk een Intelligente Ontwerper’.
Niettemin verwerpt hij de stelling van een Ontwerper en geeft als antwoord:
‘Het antwoord, Darwin’s antwoord, is geleidelijke transformaties van eenvoudige beginselen van een oersoep, eenvoudig genoeg om door toeval te zijn ontstaan. Elke verandering in dit geleidelijke evolutionaire proces was eenvoudig genoeg, ten opzichte van zijn voorganger,om door toeval te zijn ontstaan.’
‘Maar als geheel is het alles behalve een ‘toevallig proces’, als je de complexiteit van het eindresultaat vergelijkt met het oorspronkelijke startpunt. Dit cumulatief proces wordt geleid door niet-toevallige overleving (survival of the fittest). Het doel van dit hoofdstuk is om de kracht van deze cumulatieve selectie als fundamenteel niet toevallig proces aan te tonen.’10
Eigenlijk staat Dawkins erop dat natuurlijke selectie11,12,13 en mutaties 14,15,16 samen het mechanisme vormen voor het evolutionaire proces. Hij gelooft dat deze processen ‘niet-toevallig’ en ‘doelgericht’ zijn. In wezen is dit een ingewikkelde manier om te zeggen dat evolutie zelf de ontwerper is!
RESULTEERT NATUURLIJKE SELECTIE IN ONTWERP?
Leven is gebouwd op informatie. Die informatie is besloten in het erfelijkheidmolecuul, DNA, wat de genen vormt van een organisme. Om dus te bewijzen dat natuurlijke selectie en mutaties ten grondslag liggen aan het proces van evolutie, moet men aantonen dat deze processen de informatie produceren die vereist is voor het ontwerp wat zo duidelijk zichtbaar is in levende dingen.
Iedereen die iets afweet van de basisprincipes van biologie begrijpt dat natuurlijke selectie een logisch proces is dat we ook kunnen observeren. Echter, natuurlijke selectie werkt alleen met de informatie die al aanwezig is in de genen. Er wordt geen nieuwe informatie aangemaakt.17,18
Eigenlijk is dit volledig in overeenstemming met wat de Bijbel verteld over het ontstaan van leven. Immers God schiep verschillende soorten planten en dieren, die zich zouden voortplanten naar hun aard (eigen soort).
Het is waar dat er grote variatie te zien is binnen een soort, het resultaat van natuurlijke selectie. Wolven, dingo’s en coyotes zijn bijvoorbeeld ontstaan door de werking van natuurlijke selectie op de informatie in de wolf/hondachtige soort. Het is echter belangrijk te beseffen dat er geen nieuwe informatie is toegevoegd. Deze verschillende soorten hond zijn ontstaan door de ordening, sortering en de afzondering van de informatie van de originele wolf/hondachtige.
Het is nooit waargenomen dat een soort is veranderd in een totaal andere soort, met informatie die daarvoor niet bestond!19 Zonder toevoeging van een intelligent handelen om nieuwe informatie te produceren, zal natuurlijke selectie niet werken als mechanisme voor de evolutie.
Denton bevestigt dit wanneer hij schrijft: ‘Het kan niet genoeg worden benadrukt dat evolutie door natuurlijke selectie gelijk staat aan het oplossen van een probleem zonder intelligentie, dus zonder enige intelligente bijdrage. Geen enkele activiteit waarin intelligentie is een rol speelt kan worden vergeleken met evolutie door natuurlijke selectie.’20
Zonder een manier om informatie aan te maken, zal natuurlijke selectie niet werken als een mechanisme voor evolutie. Evolutionisten zijn het hierover eens, maar ze geloven dat mutaties op de een of andere manier voor nieuwe informatie zorgen, en dat de natuurlijke selectie daarop werkt.
volgende artikel: meer over mutaties
Referenties
7 . Ibid., p. 5
8 Ibid.
9 . Dawkins, R., The necessity of Darwinism, New Scientist 94:130, 1982.
10 Dawkins, p. 43, 1987
11 . Creationist Dr. Gary Parker beredeneerd (net als ik in het volgende hoofdstuk) dat natuurlijke selectie wel voorkomt maar dat het functioneert als een conservering en dat het niets van doen heeft met de theorie dat het ene organisme verandert in een andere. “ Natuurlijk selectie is slechts één van de processen die functioneren om in onze huidige gecorrumpeerde wereld zeker te stellen dat de geschapen soort zich inderdaad over de gehele aarde met al haar ecologische en geografische variaties (vaak als gevolge van menselijk vervuiling) kan verspreiden.’ Parker, G., Creation: Facts of Life, Master Books, Green Forest, Arkansas, USA, p. 75, 1994.
Evolutionist en anticreationist Richard Lewontin, erkent oprecht dezelfde beperkingen van natuurlijk selectie als de creationistische wetenschappers: ’’…natuurlijk selectie functioneert in essentie slecht om het organismen mogelijk te maken om hun staat van aanpassing te onderhouden in plaats van die te verbeteren.”
‘Natuurlijke selectie leidt niet tot een continue verbetering (evolutie), het helpt slechts de eigenschappen die reeds aanwezig (schepping) zijn te behouden’. Lewontin merkt ook op dat de uitgestorven soorten net zo geschikt lijken om te overleven als de moderne. Hij voegt toe: “… uiteindelijk lijkt natuurlijke selectie de kans op overleven van een soort niet de verbeteren, maar maakt het enkel mogelijk bij te blijven met de continue veranderende omstandigheden.” ’Het lijkt mij dat natuurlijke selectie alleen werkt omdat elke soort geschapen is met voldoende variatie om zich te vermenigvuldigen en de aarde met al haar ecologische en geografische variëteit te vullen..’ Parker, G. pag. 84-6, 1994
12 Ibid., pp. 70-86
13 Wieland, C., Stones and Bones, Creation Science Foundation, Acacia Ridge D.C., Queensland, Australia, pp. 18-20, 1995.
14 ‘Uiteindelijk zijn mutaties slechts veranderingen in de genen die al bestaan.,’ Parker, G., p. 103, 1994.
‘In een artikel met de paradoxale titel “ Het mechanisme van Evolutie:, definieert Franscisco Ayala een mutatie als een fout in het DNA’ Parker, G., p. 99, 1994.
15 Ibid., p. 88-104.
16 Wieland, p. 18-25, 1995
17 . Lester, L.P. and Bohlin, R.G., The Natural Limits to Biological Change, Probe Books, Dallas, Texas, pp. 175-176, 1989
18 Noble, E. et al., Parasitology: The Biology of Animal Parasites, Lea & Febiger, Philadelphia, 1989. Hoofdstuk 6 , ‘Evolution of Parasitism?’ p. 516, zegt, ‘Natuurlijke selectie kan enkel van toepassing zijn op die biologische eigenschappen die reeds bestaan. Het kan geen eigenschappen creëren om te voldoen aan de aanpassingsbehoeften.
19 In tegenstelling tot veel onbewezen beweringen van evolutionisten, heeft nog nooit iemand een verandering van reptiel tot vogel waargenomen of gedocumenteerd. Het klassieke voorbeeld dat door veel evolutionisten wordt gebruikt is een ‘tussen in’ schepsel de Archaeopteryx. Dit idee wordt nu verworpen door vele evolutionisten. (zie Parker, G., Creation: Facts of Life, Master Books, Green Forest, Arkansas, USA, 1994.)
20 Denton, p. 317, 198640